Het ‘Adviesplein gemeente en gezin’ is ontstaan vanuit de Gereformeerde Gemeenten om een overzicht van toerusting, advies en hulp te bieden aan onder andere ambtsdragers, opvoeders en gemeenteleden.
Onlangs was ik op een jeugdvereniging. Ik dacht met de jongeren na over Bijbellezen. Tijdens de voorbereiding wilde het niet echt lukken. ‘ Hoe ga ik met jongeren het gesprek aan?’ Dat Bijbellezen belangrijk is, dat weten ze meestal wel. Maar hoe doe je het? En hoe komt het dat het zo moeilijk is om het vol te houden? Leggen we de lat voor onszelf te hoog?
‘Dienen in de Heere’, was het thema van de leespreek die ik zorgvuldig had uitgekozen. Een praktische boodschap vanuit de Kolossenzenbrief. Met drie gedachten, keurig uitgewerkt langs de lijnen van de laatste verzen uit het derde hoofdstuk van die brief: in het huwelijk, in het gezin en op het werk. Gelukkig had de preek ook aandacht voor gemeenteleden die niet kwamen tot een huwelijk, of die geen kinderen kregen, of die met echtscheiding of met andere vormen van gebrokenheid te maken kregen.
Thema: jongerenpastoraat
‘Oordeelt niet, opdat gij niet geoordeeld wordt.’
“Ja, we zijn allemaal zondig. Onbekwaam tot enig goed en geneigd tot alle kwaad.” Tijdens menig pastoraal bezoek wordt dit instemmend beaamd. Maar dan stopt het vaak. Het is een algemene waarheid, die – naar je hoopt ogenschijnlijk – de spreker van deze woorden weinig doet. Wanneer je dan vervolgens vraagt: “Kunt u dan eens tien zonden van vandaag noemen?”, dan blijft het vaak beklemmend stil. Bespreken en beleven, mond en hart blijken vaak niet dezelfde taal te spreken.
Wanneer mensen met een homoseksuele geaardheid rein leven, kunnen zij een rijk en vruchtbaar leven leiden dat door het geloof in Jezus Christus aangenaam is voor God. Misschien goed om even over die stelling na te denken in het licht van de tijd en de praktijk in onze gemeenten en het pastoraat dat daarin plaatsheeft. Als we geloven dat dit wáár is, wat betekent dat dan voor de positie van gemeenteleden met een homoseksuele geaardheid? En wat betekent het voor de betrokkenheid van mensen die geen homoseksuele geaardheid hebben met hen?
Een oudere vrouw heeft ontzettend veel meegemaakt. Een gebroken huwelijk, een traumatische jeugd, kinderen die uit huis zijn geplaatst. Ze heeft talloze gesprekken gehad met hulpverleners, therapeuten en psychologen. De situatie is complex en lijkt muurvast te zitten. Wie is dader en wie is slachtoffer? Wat moet je als ambtsdrager nog toevoegen? Op welke manier moet je het gesprek aangaan? Hoe voorkom je dat je de zoveelste in de rij wordt?